3FOT Studio: Future Framing (B-LUCA-N43892)

9 studiepuntenNederlands60 urenEerste semesterEerste semester
Geenen Annick (coördinator) |  Geenen Annick |  Huybrechts Steven |  N.
LUCA POC VISUAL ARTS & DESIGN (OC fotografie Genk)

Doelstellingen

1. Onderzoeken (1,4,7,8)

Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om:

  • actief op zoek te gaan naar bestaande onderzoeksresultaten (1) . 
  • inzicht te verwerven in de juiste methodes voor vorm- en beeldonderzoek. De student vertrekt vanuit een centrale vraagstelling, doet onderzoek en moet dit kunnen toepassen via een eigenzinnige beeldstrategie en werkmethodiek. De student hanteert een relevante beeldtaal bij de inhoud die hij/zij wil weergeven (4).
  • veldonderzoek op te zetten. De student is in staat om een grondig visueel en theoretisch onderzoek te voeren (7).
  •  hoe hij vormgeving kan verkennen en gebruiken als instrument om meer kennis te vergaren in een sociale, culturele of maatschappelijke context. (8)  De student formuleert een concept met doelstellingen voor het onderzoek en het te vervaardigen eindproduct voor de zelfgekozen doelgroep. Het gericht werken naar een relevante vorm van het beeld staat hierbij centraal.

2. Ontwerpen, creëren en realiseren (9,10,11,12,13,14,15)

Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om:

  • onderzoekend te ontwerpen en creëren (9).  Er moet sprake zijn van een eigen fascinatie, een persoonlijke opvatting en een eigen beeldtaal, de student doet dit a.d.hv. een beeldstrategie naar keuze die zijn/haar thema het best tot uitdrukking brengt op professioneel niveau. De narratieve aspecten, het beeldverhaal staat hierbij centraal.
  • de ideeën beeldend weer te geven (10).  De student kan het artistiek werk conceptueel vormgeven met het oog op het produceren van sterk authentiek werk.
  • volgens verschillende methodes te ontwerpen en creëren (ideation, brainstorm, ...) in functie van de context (11). 
  • het concept te realiseren (12). Centraal staan het conceptueel proces, het onderzoeksproces en een referentiekader, de beeldstrategie, de fotografische visie, de context en de werkmethodiek.
  • een persoonlijke visie en uitdrukkingsvorm te ontwikkelen (13). De student moet een persoonlijk standpunt innemen i.v.m. het thema, een eigen interpretatie geven via zijn/ haar fotografisch werk
  • gereedschappen/tools/technologie op een correcte en veilige manier te hanteren in functie van de realisatie (14). De student verwerft inzicht opname- en verlichtingstechnieken die functioneel worden toegepast bij thematisch werk. De student gebruikt aangepaste technieken in functie van zijn/haar boodschap.
  • het proces te documenteren en te archiveren dat leidt tot een realisatie (15). De student kan een setting creëren m.b.t. art direction en scenografie. De student moet inzicht hebben in presentatie mogelijkheden

3. Analyseren en verbanden leggen  (16,17,18)

Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om:

  • de verschillende contexten te verkennen: de kunst of design, mens en maatschappij, de (bedrijfs)economische context, wetenschappen en technologie (16). 
  • verbanden te leggen tussen de verschillende contexten en kerndisciplines (17). De student kan het eigen werk kritisch analyseren en kan de analyse begrijpelijk verwoorden (reflecteren). 
  • de internationale context, de historische context, de maatschappelijk context, de professionele context te bestuderen(18). 

4. Organiseren & Communiceren (19,20,21,22,23,24)

Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om:

  • over de eigen werkzaamheden schriftelijk te rapporteren (19). 
  • het eigen werk op adequate wijze te presenteren en toe te lichten. (20)
  • zijn/haar leertraject te organiseren (21). De student kan het eigen werk inschatten en inplannen om de vooropgestelde deadlines te halen. 
  • een gegeven opdracht projectmatig en zakelijk te organiseren (22). 
  • samen te werken met anderen en afspraken te respecteren (23). De student leert feedback zinvol verwerken.
  • regionaal en internationaal te netwerken in functie van de eigen opleiding (24). 

5. Reflecteren (25,26,27,28,29)

Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om:

  • over zijn eigen of andermans werk te reflecteren en zichzelf te plaatsen ten opzichte van bestaande denk- en referentiekaders (25).
  • Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student zich bewust van zijn/haar eigen kunnen en de eigen ambities/identiteit als beeldend kunstenaar of vormgever. (26) 
  • op een constructieve manier om te gaan met feedback (27). 
  • het groeiproces van anderen te bevorderen door opbouwende feedback te geven (28). 
  • actief op zoek te gaan naar feedback in verschillende omgevingen (29). 

- De student bezit een gezonde dosis nieuwsgierigheid en zin voor experiment.

- De student is gemotiveerd om zich theoretisch te verdiepen en visueel te experimenteren met als doel de creatie van origineel werk.

- De student voldoet aan de volgtijdelijkheid (zie eindcompetenties 2 BACH).

Je moet voldoen aan een volgtijdelijkheidsvoorwaarde om dit opleidingsonderdeel te mogen opnemen. Volgtijdelijkheid kan STRENG of SOEPEL zijn of een GELIJKTIJDIGHEID inhouden. Ook kan een diplomaNIVEAU als voorwaarde gesteld zijn.
Verklaring:
STRENG: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je geslaagd zijn voor of een tolerantie ingezet hebben voor de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt.
SOEPEL: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt, gevolgd hebben.
GELIJKTIJDIG: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je ook de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt, opnemen of al opgenomen hebben.
NIVEAU: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je ten minste deze graad behaald hebben.


GELIJKTIJDIG(N43662)

Bovenstaande codes van opleidingsonderdelen stemmen overeen met onderstaande omschrijvingen van die opleidingsonderdelen:
N43662 : 2FOT Studio: Visual Arts and Art Direction

Onderwijsleeractiviteiten

9 sp. 3FOT Studio: Future Framing (B-LUCA-N62500)

9 studiepuntenNederlandsWerkvorm: Practicum-opdracht60 urenEerste semesterEerste semester
Geenen Annick |  Huybrechts Steven |  N.
LUCA POC VISUAL ARTS & DESIGN (OC fotografie Genk)

1) Beschrijving van de context 

In Future Framing staat de ontwikkeling van een eigen stijl en de artistieke visie bij elke student centraal. We zien beeldcreatie als een creatie van een fictieve realiteit, door de werkelijkheid op een speculatieve manier te benaderen. Deze wordt aangegrepen als middel om persoonlijke, sociaal/maatschappelijke of conceptuele boodschappen te vertalen in beeld en vorm. In dit opleidingsonderdeel reflecteren de studenten door middel van beeld over mogelijke toekomstige scenario’s. Vanuit een centrale vraagstelling wordt er een creatief onderzoek gevoerd. De studenten leren het proces van beeldcreaties begrijpen, waarbij de thematiek van het vak op een artistieke manier visueel wordt gemaakt. De student voert inhoudelijk onderzoek naar verschillende manifesto's, theoriën, beeldtechnieken en visuele strategiën. De student neemt een duidelijke stelling in en formuleert dit door middel van een autonoom beeldend werk. De studenten richten zich op nieuwe beeldverhalen, waarbij fictie en werkelijkheid niet langer gescheiden worden. Vanuit een centrale vraagstelling wordt er een creatief onderzoek gevoerd. Het thematisch project bestaat uit zowel een rationele analyse van ‘wat is’ als een imaginaire voorstelling en aftasting van ‘wat kan zijn’. De studenten gaan inhoudelijk nadenken over alternatieve manieren van ontwerpen voor een mogelijke toekomst. Het drijft op verbeeldingskracht (vb. Docu fiction, fashion fiction, personal fiction, ...), maar het moet niet altijd zo zijn. De studenten ontwerpen in een maatschappelijke context en denken na over de huidige problematiek, en hoe zij daarop kunnen anticiperen als beeldenmaker.

Er wordt gewerkt aan een authentieke beeldtaal en vernieuwende visuele strategieën. We stimuleren een eigenzinnige houding en experimenteerdrang in het thematisch project waarbij we belang hechten aan een onderzoekende houding. Het te realiseren project of artistiek werk wordt breed opgevat en kan eveneens installatiekunst, interactieve kunst, performance, design, bewegend beeld of film, fotografie, multimedia, en/ of mode inhouden.

 

2) De opdrachtomschrijving 

Een thema binnen Future framing is meestal persoonlijk en ontstaat waarschijnlijk na een reflectie op de eigen waarneming en beleving van de werkelijkheid. Meestal wordt een thema dichtbij huis gevonden, maar het is belangrijk om een boeiende inhoud voor het thema te bepalen dat kan inspelen op de actualiteit of op een maatschappelijke problematiek, of binnen een maatschappelijke context. 

De student selecteert de inhoud van het thema voor een mogelijk toekomstscenario en gaat een maatschappelijke relevantie ervan uitwerken in een artistiek visueel project. 

Het belang van concept, context en methode staan hierbij centraal. Aandacht gaat naar de gelaagdheid in de ensceneringen en het verhaal of narratief. De gespreide informatie en de belangrijke aspecten van de narratieve benadering worden uitgewerkt in een bepaalde presentatievorm zoals een installatie, bewegend beeld of film (met of zonder audio), performance of een fotografische beeldenreeks, enz.. Het onderzoek hiervan staat in voor de vorming van een verhaal (verband). 

De student bepaald zelf een positie door middel van het manifesto, De studenten laten zich inspireren door teksten van denkers, filosofen, kunstenaars, wetenschappers en een visueel referentiekader om daarna zelf een positie in te nemen. 

- De projectenbundel, de teksten en het referentiekader worden ter beschikking gesteld op Toledo

- Literatuur zowel uit fotogeschiedenis en hedendaagse fotografie, artistiek en toegepast

- Eigen notities van de student.

Nederlands

- Artistiek atelier 

- De lessen bestaan enerzijds uit hoorcolleges met audiovisueel college als ondersteuning (referentiekader), en anderzijds uit individuele en klassikale werkbesprekingen.

- Actieve en kritische participatie tijdens de colleges wordt verwacht en gestimuleerd.

- Communicatie mbt. afspraken gebeuren uitsluitend via Toledo en/of luca e-mail.

- Informatie over de deadline en hoe de opdracht ingediend moet worden, is terug te vinden op Toledo.

- Praktische oefeningen en experimenten zullen op de campus doorgaan, terwijl het uitvoeren van de gestelde opdracht (opnamen) van het project in de eigen tijd zal plaatsvinden.

- Opdracht- en werkbesprekingen gebeuren tijdens de contacturen en niet per e-mail.

- Permanente begeleiding tijdens de contacturen. 

- Besprekingen en presentatiemomenten worden in fysieke vorm georganiseerd indien de veiligheidsomstandigheden het toelaten. Indien dit niet mogelijk is, worden digitale begeleidingssessies voorzien. .

Evaluatieactiviteiten

3FOT Studio: Future Framing (B-LUCA-N83892)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Ontwerp/Product, Verslag, Presentatie, Self assessment/Peer assessment, Medewerking tijdens contactmomenten, Portfolio, Procesevaluatie
Vraagvormen : Open vragen, Gesloten vragen
Leermateriaal : Naslagwerk

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

Evaluatievoorwaarden:

1. Participatie aan de hoorcolleges, actieve deelname aan de individuele- en groepsbesprekingen. Sterke inzet bij de opvolging van het artistiek werk is vereist tijdens de contacturen, en dit gedurende het hele semester. 

2. Project inleveren op de gestelde deadline

3. Tijdens de jury presenteert de student zijn/haar project in een tentoonstelling, of in boekvorm of een experimentele (fotografische) installatie én een mondelinge presentatie voor een jury. De jury bestaat uit een examencommissie van docenten betrokken bij de bacheloropleiding. Er is dan een schriftelijke terugkoppeling van de evaluatie aan de student.

4. Jury - één semester : 

  • procesevaluatie gedurende het traject: 40 % (geen herkansing mogelijk)
  • ontwerp/product/presentatie tijdens de jury beoordeling 60 % (herkansing mogelijk)

Wat wordt geëvalueerd? Bij de beoordeling wordt uitgegaan van de bachelorcompetenties, professioneel niveau:

Onderzoeken 

  • De student gaat actief op zoek naar bestaande onderzoeksresultaten. (1)
  • De student verwerft inzicht in de juiste methodes voor vorm- en beeldonderzoek. (4)
  • De student kan veldonderzoek opzetten. (7)
  • De student verkent hoe hij vormgeving kan gebruiken als instrument om meer kennis te vergaren in een sociale, culturele of maatschappelijke context. (8) 

Ontwerpen, creëren en realiseren

  • De student kan onderzoekend ontwerpen en creëren. (9)
  • De student slaagt erin de ideeën beeldend weer te geven. (10)
  • De student kan volgens verschillende methodes ontwerpen en creëren (ideation, brainstorm, ...) in functie van de context. (11)
  • De student is in staat het concept te realiseren. (12)
  • De student ontwikkelt een persoonlijke visie en uitdrukkingsvorm. (13)
  • De student kan gereedschappen/tools/technologie op een correcte en veilige manier hanteren in functie van de realisatie. (14)
  • De student documenteert en archiveert het proces dat leidt tot een realisatie. (15)

Analyseren en verbanden leggen

  • De student verkent de verschillende contexten: de kunst of design, mens en maatschappij, de (bedrijfs)economische context, wetenschappen en technologie. (16)
  • De student legt verbanden tussen de verschillende contexten en kerndisciplines . (17) 
  • De student bestudeert de internationale context, de historische context, de maatschappelijk context, de professionele context. (18)

Organiseren & Communiceren

  • De student kan over de eigen werkzaamheden schriftelijk rapporteren. (19)
  • De student is in staat eigen werk op adequate wijze te presenteren en toe te lichten. (20)
  • De student kan zijn/haar leertraject organiseren. (21)
  • De student kan een gegeven opdracht projectmatig en zakelijk organiseren. (22) 
  • De student kan samenwerken met anderen en afspraken respecteren. (23)
  • De student kan regionaal en internationaal netwerken in functie van de eigen opleiding. (24)

 

Reflecteren

  • De student kan over zijn eigen of andermans werk reflecteren en zichzelf plaatsen ten opzichte van bestaande denk- en referentiekaders  (25)
  • De student is zich bewust van zijn/haar eigen kunnen en de eigen ambities/identiteit als beeldend kunstenaar of vormgever. (26)
  • De student kan op een constructieve manier omgaan met feedback. (27)
  • De student kan het groeiproces van anderen bevorderen door opbouwende feedback te geven. (28)
  • De student gaat actief op zoek naar feedback in verschillende omgevingen. (29) 

 

De beoordelingscriteria zijn te beschouwen als eindcompetenties waaraan de student moet voldoen. Een ernstige tekortkoming op één van de eindcompetenties kan tot een onvoldoende leiden.

Niet alleen het uiteindelijke resultaat maar ook het proces of de groei en evolutie van de student wordt beoordeeld. Hierbij worden de volgende criteria gehanteerd:

- Zelfstandigheid

- Zin voor initiatief

- Motivatie en inzet doorheen het hele proces

- Respecteren van gemaakte afspraken (stiptheid, verantwoordelijkheidszin,...)

- Constructieve houding t.o.v. feedback (aanvaardde de feedback, heeft de feedback op een zinvolle manier verwerkt...)

Opmerking:

Tijdens een interne jury presenteer je je werk. Indien de veiligheidsomstandigheden het toelaten gaat de jury door op de campus in kleine groep. Hiervoor wordt het werk fysiek gepresenteerd op de campus. Projecten dienen ook steeds digitaal aangeleverd worden voor de jury. Dit kan als naslagwerk gebruikt worden bij de evaluatie.

Indien dit niet mogelijk is, gaat de presentatie en de jury online door. Projecten dienen ook steeds digitaal aangeleverd worden voor de jury. Dit kan als naslagwerk gebruikt worden bij de evaluatie.

Procesevaluatie gedurende het traject: 40 % (geen herkansing mogelijk)

Deelname aan de jury, tijdens de eindevaluatie, is voor elke student verplicht.  De student presenteert het project voor Future Framing, het ontwerp/product of presentatie en een mondelinge toelichting voor een interne jury met alle betrokken docenten. Dit deel telt mee voor 60% van het totaal.  Indien de student niet geslaagd is voor dit deel  is er een 2° examenkans mogelijk, enkel voor dit deel.  Voor de herkansing van dit deel presenteert de student het project, ontwerp/product of presentatie  opnieuw alsook de mondelinge toelichting voor de betrokken docenten van dit opleidingsonderdeel.

Voorwaarden toelichting bij herkansen: 

  • De student is tijdens de presentatie van het eindwerk, tijdens de evaluatie van de interne jury,  verplicht om zijn aanwezigheid en zijn/haar deelname mbt. dit deel voor de jury te ondertekenen. Indien dit niet gebeurt is er geen herkansing mogelijk op een later moment! 
  • Voor een herkansing van een project, ontwerp/product of presentatie  is er geen proces opvolging meer mogelijk met de betrokken docenten. 
  • De procesevaluatie tijdens het traject, gedurende het academiejaar, telt mee voor 40%  Dit deel is niet herkansbaar! Tijdens de evaluatie mbt. de herkansing of 2e examenkans voor het eindwerk of ontwerp/product of presentatie wordt het deel mbt. de procesevaluatie (40%) mee in rekening gebracht samen met  het deel dat wel herkansbaar is (60%).