4D Orkestratie en arrangement (B-LUCA-L42610)

Doelstellingen
Aan het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat ook grotere arrangementen te realiseren van verschillende bezettingen. De student kan aanpassingen doorvoeren in functie van verschillende werkvelden/orkesten op allerlei niveaus, zowel amateuristisch als professioneel. Hierbij leert de student als dirigent op al deze niveaus speelproblemen op te lossen tijdens de repetities. Bovendien kan de student optionele partijen realiseren die niet voorzien zijn in de oorspronkelijke versie.
Begintermen
De student heeft kennis van alle instrumenten, zowel wat betreft de diverse speeltechnieken en de transpositie-opties die er bestaan voor bepaalde instrumenten (bv. klarinet in Bes of A) als de toonomvang ervan, en is vertrouwd met diverse instrumentale genres.
Plaats in het onderwijsaanbod
- Courses for exchange students Music (Leuven)
- Master in de muziek (Leuven) (Hafabra) 120 sp.
- Master in de muziek (Leuven) (Symfonisch orkest) 120 sp.
Onderwijsleeractiviteiten
9 sp. 4D Orkestratie en arrangement (B-LUCA-L54149)




Inhoud
Doorheen het volledige studiecurriculum bouwt de student gestaag een parate en zo volledig mogelijke kennis op over dit domein orkestratie & arrangement. Studenten realiseren arrangementen van verschillende bezettingen. De bedoeling hiervan is dat men in staat is om de nodige aanpassingen door te voeren wanneer hij/zij in het veld gaat samenwerken met (vaak amateur) orkesten waarvan elke bezetting varieert of onvolledig is en/of waarvan ook het niveau enorm kan verschillen.
De dirigent moet die problematiek efficiënt kunnen aanpakken; door het realiseren van meerdere arrangementen van verschillende soorten instrumentencombinaties verwerft hij/zij inzicht in de werking en problematiek ervan en kan hij/zij gemakkelijker speelproblemen oplossen tijdens repetities.
Om die vaardigheid te bereiken zal hij/zij een uitvoerig portfolio realiseren van een aantal arrangementen die zoveel mogelijke combinaties bevatten, met name: een arrangement voor fluitkwintet of saxofoonkwartet, fluitensemble of saxofoonensemble, klarinet choir, houtkwartet, -kwintet of -sextet, dubbelrietensemble, groot houtblazersensemble, koperkwartet of -kwintet en koperensemble.
Bovendien moet hij/zij minstens één groot arrangement gemaakt hebben voor ofwel brassband, fanfare of harmonieorkest. Dat kan een omzetting zijn van symfonisch naar blaasorkest of omzetting van de ene bezetting naar de andere, bv. van brassband naar harmonieorkest, van harmonieorkest naar fanfare. Optioneel kunnen zij in de plaats daarvan kiezen om een bestaand werk voor grote bezetting om te zetten naar flex-band of omgekeerd van flex-band naar een grote bezetting. De specifieke keuzes worden in overleg met de coördinator en titularis directie gemaakt.
Los van deze arrangementen zal de student ook nog 'optionele' partijen kunnen realiseren die niet voorzien waren in de oorspronkelijke versie. Bijgevolg moeten zij een additionele partij kunnen realiseren voor harp, voor contrabas en voor slagwerk.
Studiemateriaal
Partituren, CD, ICT-omgeving, cursusmateriaal
Adler, Samuel, The Study of Orchestration, Third Edition, 2002, W.W. Norton & Company, 839 pp.
Frank Erickson, 'Arranging for the Concert Band', 2009, Alfred Publishing Company, 118 pp.
Toelichting werkvorm
In de loop van het academiejaar worden er colleges aangeboden, die alle betrokken studenten directie verplicht volgen.
Er worden luister-, lees- en analyse-opdrachten aangeboden, gepaard gaande met beknopte arrangementoefeningen op basis van de behandelde modellen, technieken, enz. De student werkt in de loop van het academiejaar aan de realisatie van deze arrangementen en wordt hierbij gecoacht door de betrokken docent.
Evaluatieactiviteiten
4D Orkestratie en arrangement (B-LUCA-L82610)
Toelichting
Examenmoment | Beoordelingsschaal |
---|---|
TOTAAL | 1-20/20 puntenschaal |
De student wordt beoordeeld op basis van de gemaakte opdrachten en het ingediende portfolio.
Toelichting bij herkansen
Er is de mogelijkheid tot herkansing tijdens de derde examenperiode op basis van dezelfde modaliteiten.