Studiegids

Inhoud

Het ontwikkelen van een begin: De filmmaker als toeschouwer.

De essentie van cinema is het plezier van het kijken. Kijken naar oude en nieuwe verhalen, kijken naar de wereld. Kijken, dat is ons hele leven. Kijken, onbeweeglijk bewogen worden, dat is het bepalen van een essentiële, sublieme afstand. Vorm, toeschouwerschap en hedendaagsheid zijn drie begrippen die elk op een andere manier deel uitmaken van het zoeken naar die afstand en de betekenis ervan, en die in deze lessenreeks dienen als stapstenen voor een kroniek van mise-en-scène. Louis Lumière, die als eerste de toeschouwers in de zaal voor het grote scherm plaatste, zei beroemd genoeg dat de cinema een uitvinding zonder toekomst is. Kijken naar film is onvermijdelijk eerst en vooral terugkijken. Filmmakers in de eenentwintigste eeuw geven aan dat terugkijken betekenis dankzij een verhouding tot het verleden en het heden en dus tot hun eigen toeschouwer-zijn en bekrachtigen wat Serge Daney en Anette Michelson allang wisten: cinema is iets uit het verleden maar is geen verleden tijd.

Filmstudies 1 is een vak dat op de meest uiteenlopende manieren een kritische, theoretische, historische, en vooral artistieke benaderingswijze tot het kijken naar en spreken over film beoogt.
In Filmstudies 1 wordt getracht om de student een historische situering van het medium mee te geven.

In het vak zijn we begaan met de vormelijke, artistieke, narratieve, eigentijdse, politieke, ideologische en dus culturele benadering van de cinema als kunstvorm. In de hele lessenreeks staat een onderzoek naar de esthetische categorie ‘mise-en-scène’ centraal.

In een eerste inleidende les biedt de lesgever een algemene introductie tot de inhoud, de structuur en de bredere context van het opleidingsonderdeel en overloopt de reader, de filmijst, de ECTS fiches ander studiemateriaal. Tijdens deze eerste les wordt meteen ook het format voor alle andere lessen geïnstalleerd: het collectief bekijken van film in projectie, waarna die van tekst en context voorzien wordt. Bij elke film worden gedachten en ideeën verzameld door een gezamenlijke lezing van een essays, interviews, artikels, besprekingen over de film in kwestie, aangedragen door de lesgever én door de studenten. Die insteek helpt bij het ontwikkelen van het formuleren van een kritische, beschouwende afstand tot het werk. In de lessen verweeft de lesgever theorie, kritiek en praktijk, waarbij een veelheid aan cinematografische ontwikkelingen – lokaal en internationaal – tegenover elkaar geplaatst worden.

In enkele lessen wordt aandacht besteed aan de recente ontwikkelingen op het gebied van cinema en beeldcultuur. Er wordt gefocust op de ontwikkeling van afwijkende narratieve modaliteiten en zogenaamde post-cinematografische vormen, deconstructies of alteraties van de vertrouwde noties van projectie en identificatie. Steunend op uiteenlopende stromingen en stemmen uit de cine-filosofie en filmtheorie wordt gereflecteerd over de plaats van cinema binnen de huidige mediacultuur en, bij uitbreiding, de hedendaagse kunsten.

Studiemateriaal

Door de student aan te maken lesnota’s.
De reader, filmlijst, de websites en de bibliografie die via Toledo ter beschikking wordt gesteld alsook aanvullende literatuur (verwijzingen uit de les, actuele publicaties, websites, etc.) worden door de studenten zelfstandig geconsulteerd.
Films en filmfragmenten die tijdens de les worden vertoond en/of die de studenten zelfstandig moeten bekijken.
Enkele van de op school georganiseerde vertoningen (maandagavond) worden door de docent als verplicht opgegeven. Vertoningen worden aangekondigd op Toledo, in de les en ad valvas op de campus (posters).
Lesfiches (ten dele tijdens de les beschikbaar) en op geijkte tijdstippen beschikbaar op Toledo.
Eventuele externe vertoningen, lezing of evenementen die de studenten dienen bij te wonen.
Op Toledo geplaatste lesdocumenten kunnen na een redelijke termijn – minimum 1 maand na het geven van de laatste les – van Toledo verwijderd worden. Het is de individuele verantwoordelijkheid van elke student om het materiaal tijdig te downloaden.
 

Toelichting onderwijstaal

De lessen worden in het Nederlands gegeven, maar studenten worden geacht in staat te zijn zelfstandig vakliteratuur in het Engels te kunnen lezen. Het is ook mogelijk dat sommige getoonde beeldfragmenten enkel Engelse ondertitels hebben, studenten worden verondersteld ook die te kunnen lezen. Een goede passieve kennis van het Engels is dus vereist.

Toelichting werkvorm

Hoorcolleges, vertoningen van films of filmfragmenten.