Theater (B-LUCA-K35042)

3 studiepuntenNederlands24 urenTweede semesterTweede semester
Delbecke Jasper (coördinator) |  Delbecke Jasper |  N.
LUCA POC VISUAL ARTS & DESIGN (OC grafisch ontwerp, textielontwerp, vrije kunsten Gent)

Het opleidingsonderdeel “Theater” [K35042] heeft als doelstelling studenten vertrouwd te maken met de belangrijkste ontwikkelingen die de podiumkunsten In West-Europa hebben doorgemaakt in de eenentwintigste eeuw.

Deze cursus biedt een overzicht van de tendensen en theatermakers die het gezicht van de podiumkunsten sinds de start van het nieuwe millennium hebben veranderd. Makers en hun praktijken uit Vlaanderen en Brussel vormen het vertrekpunt in de cursus “Theater” om te inzicht te geven in bredere ontwikkelingen binnen het internationale podiumkunstenveld. Studenten maken kennis met sleutelbegrippen om deze tendensen te begrijpen alsook de belangrijkste kritieken met betrekking tot bepaalde discoursen rond deze tendensen.

Essentieel bij dit opleidingsonderdeel is de situering en het contextualiseren van deze actuele tendensen binnen de geschiedenis van het moderne theater en de invloed van dans en de beeldende kunsten.  

Deze kennismaking met het huidige podiumkunstenveld en haar historische wortels heeft als doel dat de student:

  • Inzicht krijgt in het huidige theaterlandschap: welke collectieven en makers zijn er actief en hoe verhouden zij zich tot het huidige theaterlandschap? 
  • De eigen artistieke taal kan plaatsen tegenover het medium “theater”, haar eigentijdse uitingsvormen en haar geschiedenis. Waar zijn er verschillen of juist overeenkomsten te vinden? Hoe kan het medium theater mijn eigen artistieke taal eventueel verrijken of in vraag stellen?
  • In staat is om zowel individueel als in groep te reflecteren over voorstellingen. Dit zowel mondeling als schriftelijk. 
  • Verschillende teksten leest over theater en kan hierover in gesprek gaan met zowel de peers als de docent. 

Het opleidingsonderdeel “Theater” [K35042] speelt in op volgende OLRs:

  • Over een artistieke en autonome houding beschikken om de (eigen) kunstpraktijk blijvend te ontwikkelen.
  • Het kunnen innemen van een kritische positie en deze verdedigen ten aanzien van relevante, maatschappelijke, culturele, artistieke en internationale ontwikkelingen. 

De student volgt de bachelor of masteropleiding. 
De student heeft de juiste ingesteldheid en een goede attitude om kennis te maken met een wellicht nog onbekend medium (Theater). 
De student kan zich aan afspraken houden en toont inzet.
De student kan begrijpend lezen.
De student beschikt over de nodige vaardigheden inzake taal en tekst om een betekenisoverdracht tot stand te brengen

Onderwijsleeractiviteiten

3 sp. Theater (B-LUCA-K51647)

3 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College-opdracht24 urenTweede semesterTweede semester
Delbecke Jasper |  N.
LUCA POC VISUAL ARTS & DESIGN (OC grafisch ontwerp, textielontwerp, vrije kunsten Gent)

Het opleidingsonderdeel “Theater” (K35042) heeft als doelstelling studenten vertrouwd te maken met de belangrijkste ontwikkelingen die de podiumkunsten In West-Europa hebben doorgemaakt in de eenentwintigste eeuw.

Deze cursus biedt een overzicht van de tendensen en theatermakers die het gezicht van de podiumkunsten sinds de start van het nieuwe millennium hebben veranderd. Makers en hun praktijken uit Vlaanderen en Brussel vormen het vertrekpunt in de cursus “Theater” om te inzicht te geven in bredere ontwikkelingen binnen het internationale podiumkunstenveld. Studenten maken kennis met een aantal sleutelbegrippen om deze tendensen te begrijpen als ook de belangrijkste kritieken met betrekking tot bepaalde discoursen rond deze tendensen.

Essentieel bij dit opleidingsonderdeel is de situering en het contextualiseren van deze actuele tendensen binnen de geschiedenis van het moderne theater en de invloed van dans en de beeldende kunsten.  

Deze kennismaking met het huidige podiumkunstenveld en haar historische wortels heeft als doel dat de student:

  • Inzicht krijgt in het huidige theaterlandschap: welke collectieven en makers zijn er actief en hoe verhouden zij zich tot het huidige theaterlandschap? 
  • De eigen artistieke taal kan plaatsen tegenover het medium “theater”, haar eigentijdse uitingsvormen en haar geschiedenis. Waar zijn er verschillen of juist overeenkomsten te vinden? Hoe kan het medium theater mijn eigen artistieke taal eventueel verrijken of in vraag stellen?
  • In staat is om zowel individueel als in groep te reflecteren over voorstellingen. Dit zowel mondeling als schriftelijk. 
  • Verschillende teksten leest over theater en kan hierover in gesprek gaan met zowel de peers als de docent. 

 

Het opleidingsonderdeel “Theater” (K35042) speelt in op volgende OLRs:

  • Over een artistieke en autonome houding beschikken om de (eigen) kunstpraktijk blijvend te ontwikkelen.
  • Het kunnen innemen van een kritische positie en deze verdedigen ten aanzien van relevante, maatschappelijke, culturele, artistieke en internationale ontwikkelingen. 

 

 

Studiemateriaal zijn teksten over theater (recensies, essays, interviews, ...) en beeld- en audiomateriaal (registraties, interviews) die via Toledo ter beschikking worden gesteld. 

 

De onderwijstaal is de Nederlandse taal. Het vak focust zich op het Belgische theaterlandschap (uiteraard is er ook oog voor internationaal werk). De voorstellingen zullen dus vooral Nederlandstalig zijn. Om een volwaardig begrip van de voorstelling te hebben, is een basiskennis van het Nederlands dus essentieel. De lessen worden daarom eveneens in het Nederlands gegeven. 

Het opleidingsonderdeel "Theater" bestaat uit hoorcolleges (doceren).

Daarnaast worden studenten verwacht om op zelfstandige basis drie podiumvoorstellingen te zien en die in de opdracht te verwerken.

 

Evaluatieactiviteiten

Theater (B-LUCA-K75042)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Procesevaluatie
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

ExamenmomentBeoordelingsschaal
TOTAAL1-20/20 puntenschaal

De student levert een verslag in waarin het proces wat hij/zij/hen heeft doorlopen, wordt beschreven. Tijdens de lessen zullen er vragen opkomen die relevant blijken om mee te nemen in dit onderzoek. Belangrijk is dat het verslag niet algemeen is, maar vooral ook de eigen verhouding van de student tot het medium theater kan weergeven. De student verwerkt hierin ook voorbeelden uit de bezochte voorstellingen. De student kan laten zien dat hij/zij/hen inzicht heeft verworven over het medium theater en hierover kan reflecteren. 

Als het verslag niet volstaat, krijgt de leerling de kans om dit te herkansen. Dit kan zijn door wijzigingen aan te brengen in het verslag en opnieuw in te dienen.